Wetsvoorstel toekomst pensioenen (36067)
Dit wetsvoorstel moet leiden tot een transparanter en meer persoonlijk (aanvullend) pensioenstelsel dat beter aansluit bij maatschappelijke ontwikkelingen en de huidige arbeidsmarkt.
Status:
Het wetsvoorstel is op 29 maart 2022 ingediend bij de Tweede Kamer. Op 6 oktober 2022 werd bekend dat de inwerkingtreding van de wet wordt uitgesteld naar 1 juli 2023. De Tweede Kamer heeft op 22 december 2022 het wetsvoorstel aangenomen. Op 23 december heeft DNB concept beleidsuitingen gepubliceerd. Ook zijn er twee concept toezichthouderregelingen gepubliceerd inzake melden interne collectieve waardeoverdracht pensioenfondsen bij transitie en rekenmethoden onderbouwing solidariteitsreserve en risicodelingsreserve pensioenuitvoerders.
De Eerste Kamer is op 17 januari 2023 de wetsbehandeling gestart met een technische briefing. Op 31 januari volgde een tweede technische briefing. Op 14 en 21 februari 2023 vonden de deskundigenbijeenkomsten plaats. Op 24 maart 2023 is de Memorie van Antwoord verschenen. Op 20 april 2023 is de nadere memorie van antwoord verschenen. Op 17 mei 2023 is de nota naar aanleiding van het verslag aan de Eerste Kamer toegezonden. De plenaire behandeling heeft plaatsgevonden op 22, 23 en 30 mei 2023. Op 30 mei 2023 is het wetsvoorstel aangenomen door de Eerste Kamer. De wet is, met uitzondering van een aantal onderdelen, op 1 juli 2023 in werking getreden.
Datum inwerkingtreding:
De inwerkingtredingsdatum is 1 juli 2023.
Wetsvoorstel Pensioenverdeling bij Scheiding 2022 (35287)
Het wetsvoorstel regelt dat bij scheidingen (vanaf de inwerkingtreding van dit wetsvoorstel) conversie als standaard geldt. Met conversie krijgen ex-partners automatisch een zelfstandig recht op de helft van het tijdens het huwelijk opgebouwde pensioen van de ander.
Status:
Het wetsvoorstel is op 16 september 2019 ingediend bij de Tweede Kamer. De minister heeft de Tweede Kamer echter verzocht om de plenaire behandeling van het wetsvoorstel pas in te plannen nadat de nota van wijziging aan de Tweede Kamer is toegezonden. Deze wordt na de zomer van 2023 verwacht. Op 5 september 2023 gaat er een extra procedurevergadering commissie SZW plaatsvinden, waarbij het wetsvoorstel mogelijk controversieel wordt verklaard.
Datum inwerkingtreding:
Naar verwachting 1 januari 2027. Bij nota van wijziging bij de Wet Pensioenverdeling bij Scheiding worden enkele overbruggingsmaatregelen geïntroduceerd.
Wetsvoorstel Digitale Overheid (34972 en 35868)
Algemene regels inzake het elektronisch verkeer in het publieke domein en inzake de generieke digitale infrastructuur.
Status:
Het wetsvoorstel is op 19 juni 2018 ingediend bij de Tweede Kamer en op 18 februari 2020 aangenomen.
Op 22 juni 2021 is bij de Tweede Kamer de novelle Wet digitale overheid (35868) ingediend. Deze bevat naast redactionele wijzigingen ook enkele beleidsinhoudelijke aanpassingen naar aanleiding van door de Eerste Kamer geuite vragen en zorgen over privacybescherming.
Op 7 juni 2022 is de novelle aangenomen door de Tweede Kamer en op 9 juni 2022 is de novelle aan de Eerste Kamer toegezonden. Op 21 maart 2023 is de novelle aangenomen in de Eerste Kamer. De motie van Van Hattem c.s. over de Europese digitale identiteit is verworpen.
De wet is op 11 mei 2023 gepubliceerd. Op 26 april 2023 is middels een Koninklijk besluit bekendgemaakt dat de wet gedeeltelijk in werking treedt. Er zijn een aantal artikelen op 12 mei 2023 in werking getreden. Het grootste deel van de artikelen is per 1 juli 2023 in werking getreden. Op een later moment, vermoedelijk eind 2023, zal duidelijk worden op welk moment de overige artikelen of onderdelen van artikelen die samenhangen met de introductie van het toegangsstelsel en de aanvraag en toelating van middelen in werking kunnen treden. Dan zal er een tweede inwerkingtredingsbesluit volgen.
Beoogde datum inwerkingtreding:
Gedeeltelijk 12 mei 2023 en 1 juli 2023. Er volgt nog een tweede inwerkingtredingsbesluit.
Initiatiefwetsvoorstel adviesrecht voor maatschappelijk verantwoord beleggingsbeleid en goedkeuringsrecht voor uitsluitingenbeleid aan organen bij pensioenfondsen: Wet eigen strategie pensioenfonds (35101)
Dit wetsvoorstel regelt dat het verantwoordingsorgaan en het belanghebbendenorgaan bij pensioenfondsen:
- Een goedkeuringsrecht krijgen op het uitsluitingenbeleid van het pensioenfonds.
- Een adviesrecht krijgen op het maatschappelijk verantwoord beleggingsbeleid van het pensioenfonds.
- Het beleggingsbeleid eens in de vijf jaar en bij ingrijpende wijzigingen geëvalueerd en geactualiseerd dient te worden door het pensioenfonds.
- Indien wordt afgeweken van het advies van het verantwoordingsorgaan of het belanghebbendenorgaan moet dit worden gemotiveerd in het bestuursverslag.
Status:
Het aangepaste wetsvoorstel is op 5 april 2022 ingediend. Op 20 juni 2022 zijn de nota naar aanleiding van het verslag en een nota van wijziging verschenen. Vervolgens is op 30 juni 2022 de tweede nota van wijziging verschenen. Het eerste deel van de plenaire behandeling in de Tweede Kamer heeft plaatsgevonden op 29 maart 2023. De plenaire behandeling wordt op een later moment voortgezet. Op 5 september 2023 gaat er een extra procedurevergadering commissie SZW plaatsvinden, waarbij het wetsvoorstel mogelijk controversieel wordt verklaard.
Wetsvoorstel bedrag ineens, RVU en verlofsparen (35555) en Wet herziening bedragineens (36154)
Dit wetsvoorstel biedt meer ruimte voor keuzevrijheid in het pensioenstelsel:
- Bij pensionering is het mogelijk eenmalig een beperkt deel van het pensioen ineens op te nemen.
- Aanpassing van de fiscale regels rondom vervroegde uittreding en bovenwettelijk verlof maken eerder stoppen met werken mogelijk.
- Het aantal weken belastingvrij verlofsparen wordt verdubbeld naar honderd.
Status:
Het wetsvoorstel is op 2 september 2020 ingediend. De (tijdelijke) vrijstelling van de RVU-heffing en verruiming van het verlofsparen treden met terugwerkende kracht in werking per 1 januari 2021.
De beoogde inwerkingtreding van het onderdeel ‘bedrag ineens’ werd initieel uitgesteld naar 1 juli 2023. Het hiermee samenhangende wetsvoorstel Herziening bedrag ineens is op 30 juni 2022 ingediend. Op 18 januari 2023 is de nota n.a.v. het verslag aan de Tweede Kamer toegezonden tezamen met een nota van wijziging. In de nota n.a.v. het verslag en de bijbehorende aanbiedingsbrief is aangekondigd dat de inwerkingtreding verder wordt uitgesteld naar 1 januari 2024. De plenaire behandeling van het wetsvoorstel in de Tweede Kamer stond als hamerstuk gepland voor de week van 3 april 2023 (week 14), maar is van de agenda gehaald. De plenaire behandeling is vervolgens herhaaldelijk uitgesteld en staat nu gepland voor de week van 4 september 2023. Minister Schouten heeft de Tweede Kamer in juli 2023 geïnformeerd dat invoering van het bedrag ineens wordt uitgesteld tot ten minste 1 juli 2024.
Beoogde datum inwerkingtreding:
De (tijdelijke) vrijstelling van de RVU-heffing en verruiming van het verlofsparen zijn in werking getreden met terugwerkende kracht per 1 januari 2021. De beoogde inwerkingtreding van het onderdeel ‘bedrag ineens’ is uitgesteld tot ten minste 1 juli 2024. De datum van de procedurevergadering commissie SZW is verplaatst van 11 september 2023 naar 5 september 2023, waarbij het wetsvoorstel mogelijk controversieel wordt verklaard.
Wet bescherming klokkenluiders (35851)
Naar aanleiding van de Europese Richtlijn voor de bescherming van klokkenluiders (Richtlijn 2019/1937) is in juni 2021 een wetsvoorstel ingediend bij de Tweede Kamer ter implementatie van de Richtlijn. De richtlijn roept nieuwe, eenduidige regels in het leven om klokkenluiders te beschermen.
In Nederland wordt de richtlijn verwerkt in de Wet Huis van de Klokkenluiders, waarvan de naam wordt gewijzigd in de Wet bescherming Klokkenluiders. Het wetsvoorstel breidt de bescherming van klokkenluiders die een vermoeden van een misstand melden uit. Daarnaast wordt de kring van beschermde personen uitgebreid naar o.a. vrijwilligers, stagiairs en aandeelhouders. Tot slot komen er strengere eisen aan de interne meldprocedures van werkgevers. De Pensioenfederatie verwacht dat de impact voor de pensioensector gering zal zijn.
Status:
Het wetsvoorstel is op 1 juni 2021 bij de Tweede Kamer ingediend. Op 15 december 2021 is een nota van wijziging ingediend, op 30 juni 2022 een tweede nota van wijziging en op 1 november 2022 een derde nota van wijziging. Op 20 december 2022 is het wetsvoorstel aangenomen door de Tweede Kamer. Het wetsvoorstel is op 24 januari 2023 als hamerstuk aangenomen door de Eerste Kamer.
Beoogde datum inwerkingtreding:
De wet is gedeeltelijk in werking getreden per 18 februari 2023. Een aantal onderdelen van de wet treden op een later, nog nader te bepalen moment, in werking.
Overige pensioenonderwerpen / aangekondigde wet- en regelgeving
FAFT Herziening Aanbeveling 25
Het doel van de FATF is R.25 en de Interpretive Note te verbeteren om beter te beantwoorden aan haar doelstelling misbruik van juridische constructies voor het witwassen van geld of de financiering van terrorisme te voorkomen.
Op 23 juni 2022 is FATF een consultatie gestart. Op 1 augustus is de consultatie gesloten. In oktober 2022 zijn de reacties besproken. In dit stadium heeft de FATF geen ontwerpamendementen op R.25/INR.25 goedgekeurd. De FATF heeft de ontvangen inzendingen en voorstellen voor herzieningen in overweging genomen tijdens haar vergaderingen van februari 2023. De FATF heeft in februari 2023 een nieuwe publicatie van de aanbevelingen gepubliceerd.
e-Privacy Verordening
Op 10 januari 2017 heeft de Europese Commissie een voorstel voor een verordening gepubliceerd. Het betreft een voorstel tot herziening van de huidige e-Privacy Richtlijn en zal de richtlijn (2002/58/EC) vervangen.
De voorgestelde herziene richtlijn breidt de regels over vertrouwelijkheid en cookies uit naar alle aanbieders van onlinecommunicatie, waaronder financiële ondernemingen die online diensten/producten aanbieden en online communiceren met consumenten. Verder gaat de richtlijn onder meer in op de bescherming van de inhoud en metadata van de onlinecommunicatie.
Het laatste voorstel is op 27 september 2018 besproken door de Europese Raad. In maart 2021 hebben de Europese privacytoezichthouders een aantal voorstellen ingediend om het huidige voorstel aan te passen.
In februari 2023 is de concepttekst vastgesteld door de Europese Raad. Op dit moment onderhandelt de Europese Raad met het Europees Parlement en de Europese Commissie over de definitieve tekst. De verwachting is dat deze definitieve tekst in de loop van 2023 beschikbaar komt. Het is gebruikelijk dat de lidstaten een termijn van twee jaar krijgen, voordat de verordening van toepassing wordt. Dit betekent dat de e-Privacy verordening hoogstwaarschijnlijk ergens in 2025 van kracht wordt.
Verordening voor het beheersen van ICT-risico’s (DORA)
Op 24 september 2020 heeft de Europese Commissie een concept verordening gepubliceerd betreffende de beheersing van ICT-risico’s bij alle typen financiële instellingen. Het doel van de DORA is om de uiteenlopende regels met betrekking tot digitale weerbaarheid te harmoniseren en de bijbehorende risico’s te kunnen beperken. De DORA bevat bepalingen die zien op de governance van het bestuur, vereisten inzake ICT-risicobeheer, belang van ICT-gerelateerde incidentrapportages, belang van tests op digitale operationele veerkracht, het in kaart brengen van ICT-risico’s bij derde aanbieders en het mogelijk maken van informatie uitwisselen tussen entiteiten.
Op 10 mei 2022 hebben het Europees Parlement en de voorzitter van de Raad van de Europese Unie een voorlopig akkoord bereikt in het kader van DORA. Op 23 juni 2022 is de compromistekst van het Europees Parlement en de Raad gepubliceerd waarin een aantal wijzigingen worden voorgesteld. Met de beoogde wijzigingen wordt DORA niet van toepassing op een aantal partijen, een proportionaliteitsbeginsel wordt toegevoegd en de verordening wordt twee jaar in plaats van één jaar na publicatie van toepassing. Enkele onderdelen treden pas later in werking.
Op 27 december 2022 is de regelgeving in de vorm van verordening 2022/2554 en richtlijnen 2022/2555, 2022/2556 en 2022/2557 in het Publicatieblad van de EU gepubliceerd.
De regelingen treden op 17 januari 2025 in werking. Richtljn 2022/2555 treedt op 18 oktober 2024 in werking. De Nederlandse implementatie moet nog volgen voor de richtlijnen.
Nieuwe aanbevelingen van EDPB over transfer van persoonsgegevens naar derde landen
In juli 2020 werd het duidelijk dat het EU-VS Privacy Shield volgens het Europese Hof van Justitie niet voldoet aan het gegevensbeschermingsniveau binnen de Europese Unie. Het gevolg was dat persoonsgegevens niet langer zomaar doorgegeven konden worden aan de VS. De EDPB heeft als gevolg nieuwe concept-aanbevelingen opgesteld voor het doorgeven van persoonsgegevens naar derde landen.
Er worden modelcontracten gegeven die gebruikt kunnen worden voor doorgifte van gegevens. Er zullen wel aanvullende maatregelen, zoals encryptie en pseudonimisering, nodig zijn. Welke maatregelen geschikt zijn, hangt af van het geval.
De concept-aanbevelingen zullen op de website van de EDPB worden geplaatst ter consultatie, daarna worden de aanbevelingen definitief vastgesteld.
Verzamelwet gegevensbescherming
De minister van Justitie en Veiligheid heeft het voornemen om te komen met de Verzamelwet gegevensbescherming. De wet zal voornamelijk tot gevolg hebben dat er in de Uitvoeringswet Algemene verordening gegevensbescherming (UAVG) een aantal technische aanpassingen worden doorgevoerd in verband met het stroomlijnen en actualiseren van het gegevensbeschermingsrecht. Naast wijzigingen in de UAVG voert de verzamelwet ook een wijziging door in de Wet op het financieel toezicht, namelijk dat financiële ondernemingen in het kader van het uitvoeren van transactiemonitoring ook geautomatiseerde transacties kunnen blokkeren of opschorten.
Consultatie van de verzamelwet vond plaats tussen 20 mei en 14 juli 2020. Op 3 december 2021 is de Ministerraad akkoord gegaan met de verzamelwet. Op 14 december 2021 is een adviesaanvraag aan de Raad van State gezonden. Het advies van de Raad van State is op 19 mei 2022 openbaar gemaakt naar aanleiding van een concreet verzoek op grond van de Wet open overheid. Op 2 december 2022 is het wetsvoorstel ingediend bij de Tweede Kamer. Op 16 maart 2023 heeft een technische briefing plaatsgevonden. De inbreng voor het verslag met Kamervragen dient uiterlijk 23 maart 2023 te zijn ingediend. Op 6 september 2023 zal er een extra procedurevergadering commissie Digitale Zaken (groslijst controversieel verklaren) plaatsvinden.
Wetsvoorstel keuzemogelijkheden nabestaandenpensioen
Er komt een separaat wetsvoorstel keuzemogelijkheden nabestaandenpensioen. Daarin wordt naar verwachting onder andere ingegaan op een eventuele restitutiemogelijkheid, de uniformering van het wezenbegrip en eventuele vrijwillige voortzetting van wezenpensioen. Het wetsvoorstel gaat volgens huidige planning rond de zomer van 2023 in internetconsultatie.